Naar hoofdinhoud Naar footer

HuidletselBehandelen van decubitus categorie 2

Laatst bijgewerkt op: 07-06-2024 

Decubitus categorie 2 herken je aan het gedeeltelijk verlies van de huidlaag. Hierdoor zie je een oppervlakkige open wond met een rood-roze wondbodem, zonder wondbeslag. Het kan er ook uitzien als een intacte, open of gescheurde blaar, gevuld met vocht en/of bloed.

Decubitus categorie 2 ziet eruit als een glimmende of droge ondiepe wond. Er is geen wondbeslag of kneuzing aanwezig. Verwar decubitus categorie 2 niet met skin tears, brandwonden door tape, incontinentie gerelateerde dermatitis, verweekte huid of schaafwonden.

Beoogd resultaat

  • Wond is niet geïnfecteerd.
  • Omliggende huid is niet verweekt.
  • Blaarvorming heeft zich niet uitgebreid.
  • Huid heeft zich hersteld.

Interventies

  • Informeer de cliënt en mantelzorger over de huidige situatie en tekenen van verbetering of verslechtering. Leg uit wat de cliënt zelf kan doen.
  • Zoek de oorzaak van de decubitus door te kijken naar de plaats van decubitus, het mobiliteitsschema, het voedingspatroon, incontinentie en de ziektegeschiedenis.
  • Pas bij mogelijke risicofactoren preventieve maatregelen toe of breid deze uit.
  • Controleer minimaal dagelijks de drukplekken en binnen 8 uur na opname. 
  • Bescherm de omliggende huid tegen verweking, bijvoorbeeld met zinkolie of barrièrecrème. Verwijder zalfresten bij verbandwisseling met een zoete olie.
  • Verwijder de blaarresten wanneer de blaar opengescheurd is. 
  • Laat een intacte blaar zitten en zorg dat er geen druk op komt.
  • Dek een open of gescheurde blaar of ontvelde huid af:
    • bij een droge wond met:
      • vetzalfgazen, afgedekt met non-woven gazen of met absorberende gaaskompressen.
      • siliconengaas, afgedekt met non-woven of met absorberende gaaskompressen.
    •  bij een exsudatieve wond met:
      • spoel met fysiologisch zout.
      • hydrocolloïd verband. 
      • foamverband.
  • Fixeer het gebruikte materiaal met een folie of absorberend verband, afhankelijk van de vochtigheid van de wond.
  • Bekijk of pijnmedicatie nodig is.

De frequentie van verbandwisselingen is afhankelijk van het wondverband en de mate van vochtverlies uit de wond. Zorg altijd voor het juiste vochtige wondmilieu.

Bronnen

Agenda

Er zijn geen agenda-items gevonden