Laatste levensfase bij dementie
Laatst bijgewerkt op: 30-09-2024
De laatste levensfase bij dementie is een moeilijke en gevoelige periode. In deze fase van de ziekte zijn de symptomen vaak ernstig en heeft de cliënt veel hulp nodig. Het is belangrijk om te zorgen voor comfort en emotionele steun. Voor de persoon met dementie en voor de familie. Lees hier wat er in deze fase gebeurt en wat je als zorgprofessional kunt doen.
Wat gebeurt er in de laatste levensfase?
In de laatste levensfase van dementie gaan het geheugen en begrip verder achteruit. De persoon met dementie kan niet meer goed communiceren. Ook dagelijkse activiteiten kosten veel moeite, zoals eten, wassen en aankleden. Daarnaast kunnen er lichamelijke problemen zijn. Denk aan moeite met lopen en slikken. Dat zorgt vaak dat de cliënt steeds afhankelijker is van anderen.
Hoe kun je helpen in de laatste levensfase?
De laatste levensfase wil je voor de cliënt zo waardig en comfortabel mogelijk maken. Daarom staat de zorg in het teken van kwaliteit van leven en comfort.
Zorg voor comfort
- Controleer regelmatig of de cliënt pijn of ongemak heeft.
- Verlicht de pijn met pijnstillers en andere middelen.
- Pas de omgeving aan om de cliënt zich beter te laten voelen. Zorg bijvoorbeeld voor een rustige, warme ruimte en verschoon regelmatig het bed.
Ondersteun in het dagelijks leven
- Help bij dagelijkse taken zoals eten, wassen en aankleden.
- Gebruik eenvoudige, begrijpelijke instructies.
- Geef de cliënt waar mogelijk keuzes om zelf iets te doen bij zijn of haar verzorging. Dit helpt hen om hun zelfstandigheid zoveel mogelijk te behouden, zelfs in deze fase.
Bied emotionele steun
- Help de cliënt en de familie met emotionele steun.
- Luister naar hun zorgen en stel ze gerust.
- Zorg voor momenten van rust en samenzijn. Denk aan samen luisteren naar favoriete muziek of fotoalbums bekijken. Dit draagt bij aan een gevoel van verbondenheid.
Communiceer duidelijk
- Zorg dat er duidelijke communicatie is met de familie en andere zorgverleners.
- Houd de familie regelmatig op de hoogte over hoe het gaat. En meld het als er veranderingen zijn in de gezondheid van de cliënt. Zo is de familie beter voorbereid en beter in staat beslissingen te nemen over de zorg.
Pas de voeding en hydratatie aan
- Let erop dat de cliënt genoeg eet en drinkt. Wordt slikken moeilijk? Bied dan makkelijke, zachte voeding aan en zorg voor genoeg vloeistoffen.
- Bied voedzame en aantrekkelijke maaltijden aan om de eetlust te vergroten.
- Gebruik hulpmiddelen als dat nodig is, zoals aangepast bestek.