Stel je vraag aan
onze AI-assistent
Naar hoofdinhoud Naar footer

Geert-Jan Derks: ‘Kijk naar de patiënt voordat je een behandelbeslissing neemt’

Gepubliceerd op: 02-11-2019

Specialist ouderengeneeskunde Geert-Jan Derks (WVO Zorg) benadrukt het belang van een zorgvuldig antibioticabeleid en voelt zich hierin ook ondersteund door de organisatie.

Geert-Jan Derks is sinds anderhalf jaar werkzaam als specialist ouderengeneeskunde bij WVO Zorg in Vlissingen. Op het moment van dit interview heeft de griep ons land weer flink in zijn greep. ‘Het is dan heel belangrijk om goed naar de individuele patiënt te kijken om te bepalen of die wel of niet ook slachtoffer hiervan is geworden’, zegt hij.

Zorgvuldige beslissingen nemen

‘Je moet zorgvuldig zijn in het onderscheiden van virale en bacteriële infecties, en je bewust zijn van het feit dat een virale infectie het risico op een longontsteking vergroot. Met andere woorden: je moet als arts niet van achter je computer de beslissing nemen over al dan niet geneesmiddelen voorschrijven aan de patiënt. Je moet de patiënt zien, dan geef je het team van verpleegkundigen en verzorgenden ook vertrouwen. Zij willen hun werk goed doen, maar als een probleem acuut is, kunnen bewoners en familie voor een dynamiek zorgen die het best te keren of te steunen is als je fysiek aanwezig bent. Het is belangrijk te investeren in dit contact, het voorkomt flipperkast geneeskunde, reactieve geneeskunde en dus ook onnodige toediening van antibiotica.’

Geen defensieve geneeskunde

Een collega van Derks is binnen WVO zorg de spin in het web voor het antibioticabeleid en ook degene die hiervoor de gesprekspartner is voor de raad van bestuur. Zelf werkt Derks op de revalidatieafdeling. ‘Ik zie dus de mensen die vanuit het ziekenhuis komen om hier te revalideren na een acuut ziektebeeld te hebben doorgemaakt en met als doel terug te keren naar thuis en al daar zelfstandig te functioneren en verder te revalideren. We gaan er bij deze mensen niet standaard van uit dat zij besmet zijn, want dat zou tot zeer defensieve geneeskunde leiden.’ 

Protocol bijzonder resistent micro-organisme

’Ik ontvang een overdracht van het ziekenhuis of ga hier zelf achteraan als dit nodig is. In het dossier staat met een rode balk aangegeven als bij iemand sprake is van een bijzonder resistent micro-organisme. We volgen dan het protocol en de toegestuurde overdracht vanuit het ziekenhuis in de verzorging die zo iemand nodig heeft, zodat dit nooit tot problemen leidt. Uiteraard herhalen we ook de kweken om de diagnose te vervolgen, hierin zijn met het ziekenhuis specifieke afspraken gemaakt. Toen het ziekenhuis in september 2016 een resistente vancomycine resistente enterokok ontdekte, is daar heel proactief op gereageerd en is ook heel goed gecommuniceerd met het verpleeghuis. Het heeft niet tot problemen geleid.’

Overdracht naar het verpleeghuis

Blijkt dat iemand vanuit het revalidatiecentrum niet kan terugkeren naar huis en dus in het verpleeghuis moet worden opgenomen, dan vindt vervolgens dezelfde procedure overdracht plaats van het patiëntendossier. Derks: ‘De verpleegkundige doet de overdracht aan de verpleegkundige en de arts aan de arts, zo is iedereen volledig op de hoogte. De overdracht naar het verpleeghuis vindt pas plaats op het moment dat iemand medisch stabiel is. Daarna kan zo iemand gewoon op de afdeling komen en dus ook in de woonkamer verblijven. De verzorging – bijvoorbeeld als sprake is van een wond – vindt uiteraard plaats op diens eigen kamer. Degene die dit doet draagt een schort, handschoenen en een mondkapje en werkt hiermee volgens protocol.’

Nooit zomaar een kuur

WVO Zorg voert een actief beleid om het gebruik van antibiotica terug te dringen. ‘Het is hierbij belangrijk een kritische houding te hebben en niet zomaar aan te nemen, dat verdient deze kwetsbare patiëntpopulatie niet’, zegt Derks. ‘Als een bewoner verward raakt kunnen de verzorging of de mantelzorgers – vanuit de beste intenties overigens – snel denken dat er wel sprake zal zijn van een urineweginfectie en dat dus een behandeling met antibiotica nodig is om die persoon weer zo snel mogelijk op orde te krijgen.

Urineweginfecties

Maar als behandelaars weten we dat urineweginfecties overgediagnosticeerd worden, mede doordat urinewegonderzoek vaak vals positief is en dat dus soms de neiging bestaat om iemand te snel een kuur te geven. Dus zorgen we er altijd voor dat we eerst de patiënt gedegen onderzoeken voordat we tot een behandelbeslissing komen. Het gevolg is dat minder vaak naar antibiotica wordt gegrepen. Als je hier een goed verhaal bij hebt, is het ook uit te leggen aan de verzorging en de mantelzorgers en accepteren en waarderen zij dit ook aangezien het in het belang voor de kwetsbare patiënt is. En gelukkig is dit ook het beleid dat vanuit de organisatie wordt uitgedragen en dat door de teams wordt geaccepteerd.’

Nadruk op gezonde leefstijl

Maar WVO Zorg gaat verder dan alleen bewust antibioticagebruik terugdringen. ‘Vanuit het bestuur wordt actief uitgedragen dat een gezonde leefstijl belangrijk is voor onze bewoners’, vertelt Derks. ‘Dat verklaart ook waarom we hier in huis een fitnesscentrum hebben en een restaurant met gezonde en lekkere gerechten. Ook op de afdelingen wordt veel aandacht gegeven aan goede voeding. Iets wat op de revalidatieafdeling waar ik werk extra belangrijk is natuurlijk, want goede voeding geeft een patiënt de energie om te herstellen na ziekte of een medische behandeling.’

Aandacht voor advance care planning is een van de speerpunten van het vak van de specialisten ouderengeneeskunde en de verpleegkundig specialisten. Derks legt uit: ‘Bij iedere bewoner wordt bij opname een advance care planning gesprek gehouden. Hierbij bespreken we samen met de patiënt en met de familie wat de wens is als de patiënt klinisch achteruit gaat. Bijvoorbeeld wat te doen als een longontsteking optreedt: nog behandelen met antibiotica, zo nodig opname in het ziekenhuis, of richt je je op het bieden van comfort door de benauwdheid te bestrijden? De patiënt en familie adequaat en proactief informeren geeft de juiste ondersteuning om een autonome beslissing te kunnen nemen. Het leidt dan ook vooral tot positieve reacties. Familie en patiënt voelen zich gehoord en vinden het relevant om geïnformeerd te worden.’

Dit alles neemt niet weg dat antibiotica toedienen nog steeds een verantwoorde keuze kan zijn, benadrukt Derks. ‘Wij zijn de medische experts, maar de familieleden kennen hun vader of moeder het best en moeten dus de uiteindelijke beslissing nemen. Het is aan ons om te zorgen dat ze dit goed geïnformeerd kunnen doen.’